Ereplek Het begraven van de doden was onder de Joden één van de hoogste familieplichten. Maar Jezus’ begrafenis wordt door heel iemand anders geregeld: Jozef van Arimathea. Nota bene: een lid van het Joodse college dat Jezus vanmorgen vroeg ter dood veroordeeld heeft. Binnen deze Raad voert de afgunst tegen Jezus hoogtij. Maar Jozef blijkt een diepe liefde voor Jezus te koesteren. Daarom gaat hij heel ver. Als Jood stapt hij zelfs over de drempel van het paleis van de heiden Pilatus. Daarmee verontreinigt hij zich. Maar hij heeft er alles voor over om Jezus’ lichaam zo eervol mogelijk te begraven. Zo krijgt het lichaam van Koning Jezus de ereplek die Hij verdient. Want deze Koning stierf wel als een knecht, maar Hij zal de dood royaal overwinnen. Zijn graf werd de kraamkamer voor het nieuwe leven van Hem en van al Zijn volgelingen. Wat een machtige Koning is Hij! Jezus’ eervolle begrafenis is een voorbode van Zijn koninklijke opstanding.