Het kleine geloof oefenen Jezus zegt bestraffend: ‘Als u een geloof had als een mosterdzaadje …’ Mosterdzaad is niet groter dan een speldenknop, maar het heeft ongelooflijke kiemkracht. Jezus zegt dat, als je een geloof hebt zo klein als dat zaadje, je een moerbeiboom kunt verplanten in de zee. Dat is geloof waarbij het onmogelijke mogelijk wordt. De vraag is of het geloof echt is. Aan de vruchten ken je de boom! Als ik mag leven door het geloof, dan kan ik ook de ander vergeven vanuit het geloof. De discipelen vragen om meer geloof. Niet omdat de HEERE te weinig geloof geeft, maar omdat zij het kleine geloof niet oefenen! De vraag is niet of ons geloof groot of klein is, maar of we geloof hebben. Onderzoek jezelf. Bid de HEERE daarom. Als er geloof is, vraag dan niet om het geloof dat God je geeft te vermeerderen, maar om het te versterken. ‘Wat is een oprecht geloof?’ (Heidelbergse Catechismus, vraag 21)