Maar Naboth zei tegen Achab: Laat de HEERE daarvan bij mij geen sprake doen zijn, dat ik u het erfelijk bezit van mijn vaderen zou geven! 1 Koningen 21:3
De lokroep van het geld Koning Achab heeft zijn oog op de wijngaard van zijn buurman laten vallen. Die wijngaard is het erfelijk bezit van Naboth. Deze vrome Israëliet heeft de grond van zijn vader geërfd, die heeft het weer van zijn vader geërfd en zo is het al vele generaties gegaan. Uiteindelijk heeft iedere Israëliet zijn land van God ontvangen. Hij heeft Israël immers het land Kanaän gegeven. De waarde van Naboths erfdeel is niet in geld uit te drukken. Naboth beseft dat. Tegelijk kent hij de verleiding van het geld. Daarom zegt hij: ‘Laat de HEERE daarvan bij mij geen sprake doen zijn’ en weigert hij te verkopen. Naboth komt over als een standvastig man, maar ook hij heeft Gods hulp nodig. Anders gaat het hem niet lukken om weerstand te bieden tegen de lokroep van het geld, en te blijven bij dat wat hij van Hogerhand ontving. Zou het vandaag anders zijn? De waarde van dat wat je van God hebt ontvangen is niet in geld uit te drukken.