Voer minimaal 2 tekens in.
Als er geroemd moet worden, dan zal ik roemen in mijn zwakheid.
2 Korinthe 11:30
Je zwakte in de etalage
Wat wil je dat mensen van je zien? De grote, de goede dingen. Wij maken vaak reclame voor onszelf. Met woorden en daden proberen we anderen van onszelf te overtuigen. Want dan ben je geloofwaardig: als je sterk en krachtig bent. Een duivelse strategie, zegt Paulus. Echte mensen van God zetten niet hun kracht in de etalage, maar hun zwakte. Zij maken geen reclame voor zichzelf, maar voor God. De God Die juist door hun zwakten zo wonderlijk sterk kan zijn. Zij vertellen je dat het Góds werk is dat bepaalt, niet dat van hen. Zijn het dan luie, zwakke mensen? Nee hoor. In een kleine uitbarsting vertelt Paulus genoeg over zichzelf dat voor hem pleit. En toch is juist zijn zwakheid de ingang om over Gods kracht en grootheid te vertellen. Is het ook niet enorm ontspannend, als je niet meer jezelf aan de man hoeft te brengen, maar Hem?
‘Zijn hoge majesteit is afgedaald naar de nederigheid.
En dan durf jij, mens, je nog op te blazen?’ (Aurelius Augustinus)