Maar Samuel zei tegen Saul: U hebt dwaas gehandeld. U hebt het gebod van de heere, uw God, dat Hij u geboden heeft, niet in acht genomen. 1 Samuel 13:13
Het duurde Saul te lang Jonathans verzetsdaad bij de Filistijnen in Geba krijgt een vervolg. Een groot Filistijns leger trekt op tegen Israël. De Filistijnen winnen terrein. Sauls manschappen vrezen de overmacht van de aanrukkende vijand, zij vluchten en zwermen uit in schuilplaatsen. Sauls mannen sidderen en beven. Bij Saul leeft het dat dit misschien het moment is waarop Samuel zinspeelde toen hij hem in Gilgal tot koning zalfde (zie hoofdstuk 10). Hij moet dan nu zeven dagen wachten op Samuel, die zal komen om te offeren; die zal zeggen wat hij moet doen. Het wachten duurt lang, zeker wanneer soldaten ook nog eens het hazenpad kiezen. Houdt hij nog soldaten over? Hij wil niet langer wachten; dan de offerhandeling maar zonder Samuel. Erg voorbarig, puur ongehoorzaam. Hij heeft Gods Woord niet in acht genomen. Een dwaze handeling. Het kost Saul het koningschap. Vooral in de hachelijkste momenten waarin het erop of eronder is komt openbaar hoe je tegenover de Heere staat. De timing van God is niet de jouwe maar wel meer dan waard erop te wachten.