Aäron en al de Israëlieten keken Mozes aan, en zie, de huid van zijn gezicht glansde.
Exodus 34:30
Het glanzende gezicht van Mozes
Mozes is veertig dagen en nachten bij de heere. Hoe wonderlijk: de eeuwige God spreekt met een sterfelijk mens. Uiteindelijk krijgt hij twee nieuwe stenen tafelen met de tien woorden mee terug. Maar als Mozes bij het volk komt, is er ontsteltenis. Mozes’ gezicht glanst en het volk kan dat gezicht niet verdragen. Die glans is een afschijnsel van de heerlijkheid van God. Mozes kiest ervoor om een doek voor zijn gezicht te doen als hij met het volk spreekt. Maar als hij weer met de heere spreekt, doet hij de doek weer af. Paulus zegt dat de gelovigen geen bedekking voor hun gezicht hoeven te doen. Ze mogen met vrijmoedigheid naderen voor het aangezicht van de Heere God. De bedekking wordt tenietgedaan in Christus. Maar als we de heerlijkheid van de Heere zien door het geloof, zullen we veranderd worden. Gelovigen worden vernieuwd naar het beeld van Christus. Zien de mensen om ons heen ook wel iets van de glans van Christus in ons leven?
‘De Heere nu is de Geest; en waar de Geest van de Heere is, daar is vrijheid.’ (2 Kor. 3:17)