Hij boog zich driemaal, zij kusten elkaar en huilden met elkaar, totdat David zich vermande.
1 Samuel 20:41b
Een ontroerend afscheid.
Het loopt in het paleis compleet uit de hand. Saul blijft een eerlijk antwoord op moeilijke vragen schuldig. Hij wordt onredelijk, windt zich vreselijk op. In blinde woede pleegt hij een aanslag op het leven van zijn Jonathan. Vreselijk wanneer naar buiten komt wat in ons mensen zit. ’t Is duidelijk: Saul wil David doden! Daarvan doet Jonathan verslag. De wegen van de boezemvrienden scheiden. Ze zien elkaar nog een keer van man tot man, oog in oog. David werpt zich daarbij voorover, driemaal buigt hij diep voor zijn vriend, kroonprins Jonathan. Hij erkent in zijn hartsvriend zijn meerdere. Er wordt geen woord gewisseld, het wordt met tranen verteld, ze huilen intens. Een ontroerend afscheid waarbij Jonathan tenslotte David heenzendt met de indrukwekkende woorden: Ga geen in vrede. Moedgevend afscheid, hoop voor de toekomst: moge de HEERE tussen ons zijn, jij aan de ene en ik aan de andere hand.
Bestaat er grotere glorie dan Christus gelijkend te worden? (Bernardus van Clairvaux)