Vergeven in de praktijk Kunnen wij wel tegen Gods vergevende zondaarsliefde? Kunnen we tegenover God erkennen schuldig te zijn? In het licht van het Evangelie zie ik er zo anders uit dan ik zelf denk. Het Koninkrijk van God is vergeving. We zijn schuldig en Jezus vertelt waaraan: geloof in God en de praktijk van het leven vloeken met elkaar, orthodoxie en orthopraxie worden uit elkaar gehouden. Dat doet die man uit de gelijkenis. Hij vindt dat het verschillende dingen zijn: God en de naaste. Maar hij zit er naast. Dat is zonde: ernaast zitten. Je scheidt wat God heeft samengevoegd. Dat is de wortel van de ellende. Dat kwaad komt openbaar op alle terreinen van het leven. De omgang met elkaar, ons zaken doen. In het gebedsonderwijs van Jezus gaat het over schuld en vergeving meteen na de kwestie van ons brood. Dat geeft te denken. Aan de gang van zaken rond materiële kwesties kun je de stand van ons geestelijke leven aflezen. Hemelse Vader, vergeef ons zoals ook wij vergeven. In m’n bidden stokt het weleens. Dat heeft te maken met theorie en praktijk.