Arm en toch rijk Niet alleen voor de volken maar ook voor Juda en Jeruzalem zal er heil komen. Door Gods gericht heen wordt een overblijfsel van het volk behouden. De goddelozen zal de Heere wegdoen uit hun midden. Dat zijn degenen die trots vieren dat zij het volk van God zijn en dat de tempel van God bij hen is. Hoogmoed is de kern van de zonde. God vraagt van de mens ootmoed, vertrouwen en gerechtigheid. Als wij zondigen is dat opstand tegen Hem. Daarvoor moeten we ons schamen. Maar als de Heere de zonde heeft weggedaan, hoeft Zijn volk niet beschaamd te zijn. Zij zullen niet meer trots en hoogmoedig zijn. De Heere zal een ellendig en arm volk doen overblijven. Ze hebben niets meer van zichzelf. Maar ze kennen de Naam van de Heere. Daarop vertrouwen ze. In Hem geloven ze. Hoor jij bij die mensen? Zelf arm, in Jezus Christus rijk! ‘Want uit genade bent u zalig geworden, door het geloof, en dat niet uit u, het is de gave van God.’ (Ef. 2:8)