Voer minimaal 2 tekens in.
Wie van deze drie denkt u dat de naaste geweest is van hem die in handen van de rovers gevallen was?
Lukas 10:36
Een gelijkenis met een onverwacht einde
We zitten in een discussie op een hoog niveau tussen Jezus en een wetgeleerde. De wetgeleerde denkt de wet te kunnen houden. Hij wil alleen nog weten wie nu precies zijn naaste is. Als hij dat weet, kan hij de wet zonder problemen volbrengen. Jezus stelt aan het eind de geniale vraag wie de naaste is geweest van de hulpeloze en gewonde man. De wetgeleerde antwoordt dat de Samaritaan de naaste is geweest. Maar dit antwoord betekent dat de wetgeleerde zelf de gewonde man langs de weg is. Hij vroeg immers wie de naaste was die hij moest liefhebben om bij God te kunnen komen. Jezus wil hem en ons duidelijk maken dat wij mensen, vroeg of laat, gewond en hulpeloos langs de weg komen te liggen. Dan komt er hulp van iemand van wie je het niet verwacht. Jezus raapt ons zondaren op en brengt ons thuis.
De barmhartige Samaritaan redt de halfdode man met gevaar voor eigen leven. Jezus redt ons door het geven van Zijn eigen leven.