En dat niet alleen, maar ook wijzelf, die de eerstelingen van de Geest hebben, ook wij zelf zuchten in onszelf, in de verwachting van de aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing van ons lichaam. Romeinen 8:23
Gebeden als zuchten Op deze aarde is veel lijden. Dit lijden veroorzaakt zuchten. De schepping zucht. Je ziet het overal om je heen, bij mens en dier, in bos en veld. De natuur en het klimaat lijken ontregeld. De schepping zucht, omdat zij hunkert naar het nieuwe zoals God dat zal geven met de nieuwe hemel en de nieuwe aarde. Het zuchten is als barensweeën. Het is een signaal van de komst van het nieuwe leven. De schepping ziet uit naar de heerlijkheid van de kinderen van God: hun delen in Gods heerlijkheid. Naast de schepping zuchten ook wij. Toch? Of is dit verlangen afwezig? Paulus geeft aan: Gods kinderen zuchten. Ze hebben de eerstelingen van de Geest. Het nieuwe dat in Christus komt, is reeds hun deel. Dit nieuwe is een bron van verlangen. Het geeft een zuchten naar de dag van Christus’ glorie. Dit zuchten is een bidden om de volkomen verlossing. ‘Sla ied’re zucht, mijn hart ontgleden, opmerkend gâ.’ (Psalm 5:2, berijmd)