30 maart 2019

Vanwege het geweld tegen uw broeder Jakob zal schaamte u bedekken en zult u voor eeuwig uitgeroeid worden.
Obadja 1:10
God komt altijd terug op het kwaad dat Israël is aangedaan
Edom is tijdens de verwoesting van Jeruzalem voluit de handlanger geweest van Babel. Ze hebben de gevangengenomen Joden bespot. Ze hebben de vluchtelingen gedood en de huizen leeggeroofd. Ze hebben gelachen om het leed van Gods volk en genoten van hun eigen bijdrage daaraan. Zeker, de ballingschap was het oordeel van God over Zijn volk. Maar wie daar vreugde in schept en misbruik van maakt zal geoordeeld worden. Dat geldt vooral voor de broeders van het Joodse volk. Toen was Edom het broedervolk. Nu zijn wij christenen dit. Obadja stelt vragen bij ons aandeel als christenheid in het lot van de zes miljoen Joden die in Europa omgebracht zijn, waaronder honderdduizend uit ons land. Hoe velen hebben daar niet vrijwillig aan meegewerkt of de andere kant op gekeken. Hoeveel is er ook niet gestolen van onze Joodse broeders. En nu? Staan wij nu wel naast ons Joodse broedervolk?
En Jezus zei: Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen. (Luk. 23:34)
Hoe onmisbaar is dit gebed van Jezus aan het kruis ook voor ons en ons land.
bron: https://www.royaljongbloed.com/nl/product/volharding-2019/