Voer minimaal 2 tekens in.
(…) de kamerheer zag Filippus niet meer, want hij vervolgde zijn weg met blijdschap.
Handelingen 8:39
Ik zag hem in de tram
Als de Ethiopische man na de doop zich afgedroogd heeft met zijn dure handdoek en zijn ogen Filippus zoeken, dan is Filippus verdwenen. Weg, naar een volgende locatie. Zonder afscheid genomen te hebben. Beetje pijnlijk, denk je even. Want heeft juist deze man niet heel veel nazorg nodig? Wat weet hij van de Bijbel? Van Jezus? Van de God van Jezus? Blijkbaar genoeg om met blijdschap zijn weg te vervolgen. Hij kijkt ook niet meer om. Want ken je de Naam van Jezus, dan besef je: zo lief had God de wereld. Zo lief had Hij mij, met al mijn lek en gebrek. Ik ben nu een gedoopt mens, een kind van God. Stop met achterom kijken. Je bent een nieuw mens. Halleluja!
De Heilige Geest zet hier grote stappen. Van Jeruzalem naar Samaria. Van Samaria naar Gaza. Van Gaza naar Ethiopië. Van Ethiopië naar Rotterdam. Ik zag hem vanmorgen in de tram.
In Ethiopië waren al christenen toen men in Nederland nog in berenvellen liep.