Blazen en zuchten Het is nooit leuk als je op je gezicht gaat. De smak die Saulus hier maakt, is wel heel ingrijpend. In Jeruzalem is hij een en al actie om christenen aan te pakken. Hij doet niet anders dan heel de dag briesen en blazen. Zulke mensen heb je. Heel de dag maar lopen blazen alsof ze heel wat zijn. Saulus ontpopt zich als een heel eng mens. Een soort IS- of jihad-type. ‘Allemaal dood’, is zijn mening. En ook: ‘Allemaal voor God.’ Maar als het licht van de hemel flitst is het geen kerstfeest voor Saulus. Hij kan niets meer zien. Een paar vrienden nemen hem tussen zich in. ‘Wat een stakker’, denken de mensen. Als een kind moet hij zich laten leiden. Ze laten hem achter in een logement. Niemand die bij hem blijft. Arme Saulus. Of gezegende Saulus? In plaats van blazen hoor je hem zuchten. Zuchten naar God. Word nooit een blazer in een blazer.