Voer minimaal 2 tekens in.
Zeker, mijn ziel is stil voor God; van Hem is mijn heil.
Psalm 62:2
Zeker zijn
Waarvan kun je zeker zijn? Van je sterven. Van het eindoordeel over je leven door je Schepper. ‘Van mijn God’, zegt David, ‘en waar ik ook zeker van ben: van de gemene plannen en woorden van mijn vijanden. Mijn God is volkomen zekerheid.’ Verschillende keren gebruikt hij het Hebreeuwse woordje ‘ach’, hier met ‘zeker’ vertaald. In combinatie met zijn God geeft hij ermee aan dat Hij zijn grote Houvast is. David houdt de adem in onder Gods ogen, hij is stil voor God. Geen klacht, geen vraag, maar vol verwachting klopt zijn hart. Het leeft in hem: ‘Mijn God verlost mij. Mijn vijanden gaan tekeer en beramen de snoodste plannen, maar ze komen bedrogen uit. Mijn God rekent met hen af. Mijn God is mijn heil, rots, veilige vesting, toevlucht.’ Daarom beveelt de dichter met klem aan: giet alles wat in je hart is maar voor God uit. Met Christus is je uitkomst zeker.
Met Christus als de Hoeksteen verrijst Gods vaste gebouw.