Voer minimaal 2 tekens in.
U hebt alles gezien wat de HEERE in het land Egypte voor uw ogen gedaan heeft ... Maar de HEERE heeft u geen hart gegeven om dat te erkennen, of ogen om te zien, of oren om te horen, tot op deze dag.
Deuteronomium 29:2-4
Een zaak van het hart
Mozes brengt opnieuw in herinnering welke grote daden de Heere bij dit volk verricht heeft. En dan komt vers 4: 'Maar de Heere heeft u geen hart gegeven om dat te erkennen.' Hier raakt Mozes een heel diepe kern van zijn zorg om dit volk. Nooit hebben ze als volk in waarheid en verwondering gebogen voor de Heere hun God. Na een wonder was er even sprake van erkenning, bij elke tegenslag was er weer de opstand en het ongeloof. Hier uit Mozes zijn diepste zorg over dit volk. Hij vertrouwt het hart van het volk niet. Er heeft geen besnijdenis van het hart plaatsgevonden. En Mozes beseft: zowel het overdenken van Gods grote daden en Zijn beloften van voorspoed op voorwaarde van gehoorzaamheid alsook de zeer ernstige oordelen bij ongehoorzaamheid, zullen Israƫl niet met een waarachtig hart doen buigen voor de Heere. Wat kan dan nog helpen?
Als het herdenken van Gods grote daden in het recente verleden en de donder van Gods Wet het volk niet tot ware bekering brengt, wat dan wel?