29 juni 2022

… die zeggen: Het kwaad zal niet naderen …
Amos 9:10
Wanneer leggen we nu eens de hand op de mond?
Je gelooft het niet, maar Israël komt nog met tegenwerpingen. Men zegt: ‘Het kwaad zal niet naderen …’ De grond die ze daarvoor menen te hebben, is Gods verkiezend handelen. Ze denken: Israël kan nooit verloren gaan, want we zijn uitverkoren. Dat gaf hun een superioriteitsgevoel, een veilig gevoel voor ramp een leed bewaard te blijven. Maar Amos slaat dit gevoel neer en herinnert Israël aan haar hulpeloosheid tegenover andere volken, haar totale afhankelijkheid van de HEERE. Het enige verschil met de andere volkeren is dat de HEERE in Zijn vrije genade Israël gekend heeft en in een bijzondere relatie met hen is getreden. Een verbond met rechten en plichten. Nu heeft Israël haar plichten verzuimd. Dagen zonder getal … Gods oordeel staat vast. En toch … in deze duisternis is een lichtstraal: ‘Ik zal het huis van Jakob niet geheel wegvagen, spreekt de HEERE’ (vs. 8).
God denkt in de toorn aan ontferming.
bron: https://www.royaljongbloed.com/nl/product/volharding-2022/