Voer minimaal 2 tekens in.
Welzalig het volk dat het zo vergaat, welzalig het volk waarvan de HEERE zijn God is.
Psalm 144:15
Wie Mij eert zal Ik eren
Davids wetenschap dat God hem gedenkt is basis voor vertrouwen. Hij klemt zich vrijmoedig vast aan God wanneer moeilijkheden toenemen. De strijd wordt zwaar en David ziet uit naar Gods reddingsoperaties. Met geloofszekerheid. Hij ziet de overwinning komen. Welvaart en welzijn lichten aan de horizon. Zonen en dochters maken indruk. De bloeiende handel, de gouden tijd van akkerbouw en veeteelt, schuren vol met oogst en vee. Door Gods gunst een gunst-ige economie. Rust overal, op de straten vrede. Overal gaat het even goed: in de stal, in de winkels, in de huizen. De psalm begon lovend, Godlievend: ‘Gezegend is de HEERE.’ God gaf er een belofte bij: ‘Wie Mij eert, zal Ik eren.’ Het einde van de psalm bewijst dat God inderdaad Zijn belofte aan Zijn vereerders nakomt: welzalig het volk dat het zo vergaat. Het volk van wie de HEERE zijn God is, krijgt het allerbeste, krijgt het volmaakte.
Hoe milder God Zich jegens ons gedraagt, des te meer de mens aan Hem verplicht is. (Johannes Calvijn)