Voer minimaal 2 tekens in.
Wij moeten God altijd voor u danken, broeders, zoals het behoort, omdat uw geloof buitengewoon sterk groeit en de liefde van ieder van u allen tot elkaar steeds toeneemt.
2 Thessalonicenzen 1:3
Gereserveerd danken
Paulus’ danken is anders dan in de eerste brief. Daar was het: wij danken God. Hier: wij moeten, wij voelen ons verplicht God te danken. Paulus zegt: ik moet ernstig met u spreken, maar eerst moet ik God danken voor uw geloofsgroei en onderling liefdesbetoon. Over geloof en liefde in hun verdrukking roemt hij, maar over hoop zwijgt hij. In de hoop lag de zwakke plek. Dat onderstreept het belang van bijbelstudie om ons te verdiepen in Gods Woord. Als dat verwaarloosd wordt, groeien geloof, hoop en liefde niet. Als geloof groeit, wordt onze vertrouwensrelatie met God sterker, je leert Hem beter kennen. Ook de liefdesband met Hem trekt door heel je leven en krijgt gestalte in je verhouding tot de naaste. Maar hoe zit het bij jou met de hoop? Leeft de hoop op de wederkomst van Christus bij je? Volhard je daarin net zoals in het geloof en de liefde?
Het is niet vanzelfsprekend dat in vervolging en verdrukking de hoop groeit.