Voer minimaal 2 tekens in.
En de jonge Samuel diende de heere onder toezicht van Eli. Het woord van de heere was schaars in die dagen.
1 Samuel 3:1
Tot Uw dienst
Zoals gezegd: Samuel dient de heere. Eli houdt hierop toezicht. Eli zal Samuel vaak hebben geroepen. Maar ook ’s nachts? Intussen is Eli immers oud, zijn gezichtsvermorgen ronduit slecht. Midden in de nacht hoort Samuel zijn naam roepen en meteen staat hij bij Eli’s bed. Eli stuurt Samuel naar zijn slaapplek terug, want hij riep hem helemaal niet. Toch hoort Samuel zijn naam een en andermaal. Eli begrijpt dan dat de heere, Die in die dagen slechts weinig van Zich liet horen, de jongen roept. Samuel moet bij een volgende keer zeggen: ‘Spreek, heere, want Uw dienaar luistert.’ De heere komt, tweemaal klinkt de naam van de jongen weer. Samuel verklaart zich bereid dienst te doen en zegt wat Eli gezegd heeft. Één woord zegt hij niet, hij noemt de naam heere niet. Waarom niet? Ootmoedigheid, hij kent de heere nog niet, zegt vers 7. Maar daarin brengt de heere verandering.
‘Het eerste dat een kind van zijn moeder moet horen is over de God van zijn moeder.’ (C.H. Spurgeon)