Geestelijk leiderschap De ark is terug. Twintig jaar duurde de geestelijke ontwaking nog. Onder de Filistijnse druk begint Israël naar de Heere te vragen. In alle ernst spreekt Samuel, hij geeft lik op stuk en hekelt elke vorm van halfslachtigheid. De Israëlieten moeten zich met hun gehele hart tot de Heere bekeren. Met de afgoderij breken, dan zal de heere zeker uit de hand van de Filistijnen redden. Grote schoonmaak, ze doen de Baäls en Astartes weg om de heere alleen te dienen. In Mizpa wordt heel Israël samengeroepen, Samuel zelf doet als voorbidder dienst. Een bijzondere bijeenkomst waarin Israël in diepe ootmoed voor de heere buigt. Israëlieten gieten zich uit als water, vasten en belijden hun zonden: ‘Wij hebben tegen de heere gezondigd.’ Op deze manier leidt Samuel de Israëlieten, hij roept op tot inkeer en schuldbelijden, gaan in het rechte spoor. Een behartigenswaardige boodschap voor jou en mij: keer weer tot Mij! ‘Bekering en berouw vermorzelt het zondige hart in twee.’ (J.S. Bach)