Wie God bewaart, is wel bewaard De stad Tyrus ligt achter een bijna onneembare vesting. Wie kan Tyrus wat aandoen? De genoemde Filistijnse steden keken naar de bufferstaat Tyrus op. Wie naar deze Filistijnse steden wilde optrekken moest eerst Tyrus innemen. Het loopt slecht af met Tyrus en de Filistijnse steden. De Heere God laat van hun veiligheid niets over. De onneembare vesting wordt ingenomen, alle zekerheid en veiligheid zijn weg. Waar is onze zekerheid, waar is onze veiligheid? Veertig jaar geleden werden er atoomvrije kelders gebouwd. En als je dan weg wilt schuilen kun je nergens heen, of toch? Het is wel cru, maar we weten wat er met de goddelozen gebeurt (Ps. 104:35). De goddelozen worden opgeroepen om die eigen gekozen weg te verlaten. Laat hij zich bekeren tot de heere, dan zal Hij Zich over hem of haar ontfermen (Jes. 55:7). Dat is je met al je goddeloosheid toevertrouwen aan Christus, Die Zich over zondaren ontfermt. Je bent geplant in Hem, Die stierf om plaats te bereiden in het Huis van de Vader, voor eeuwig bewaard. Ons huis biedt geen eeuwigdurende garantie.