Hoe is het goud donker geworden,
het goede, fijne goud veranderd!
Klaagliederen 4:1
Het goud is donker geworden
Evenals het eerste en tweede klaaglied vangt ook dit aan met 'hoe', zoals een klaaglied vaak begint. Met verbijstering ziet de profeet hoe Jeruzalem en Juda veranderd zijn. Eens hadden ze de glans van goud. Nu hebben ze hun glans verloren. Toen stond er het heiligdom, nu ligt daarvan overal het puin. Toen waren de inwoners van Sion geƫerd als het volk van God. Nu worden ze als zwak en waardeloos beschouwd. Ze kunnen hun kinderen niet eens te eten geven. Zelfs jakhalzen zorgen beter voor hun jongen. Maar Juda verwaarloost haar kinderen zoals struisvogels in de woestijn. Vreselijk is het om te zien hoe zuigelingen en kinderen hongerlijden. Ook de rijken zijn uitgemergeld en zoeken tussen het afval. Wat een verschil met hoe het is geweest! Hoe gaat het vandaag met de kerk? Hoe is het gesteld met je eigen geestelijke leven? Is het achteruitgegaan? Hoe is dat gekomen?
'Maar Ik heb tegen u dat u uw eerste liefde hebt verlaten. Bedenk dan van welke hoogte u bent gevallen en bekeer u en doe de eerste werken. Maar zo niet, dan kom Ik spoedig bij u en zal uw kandelaar van zijn plaats wegnemen, als u zich niet bekeert.' (Openb.2:4-5)