Voer minimaal 2 tekens in.
Want de Israëlieten behoren Mij als dienaren toe. Zij zijn Mijn dienaren, die Ik uit het land Egypte geleid heb. Ik ben de HEERE, uw God.
Leviticus 25:55
Armenzorg
Vandaag gaat het over diaconaat. Als volk moeten mensen elkaar steunen, met name wanneer er sprake is van armoede. Het behoud van het volk staat voorop en niet het individuele belang. Een van de basisregels is dat er geen winst of rente mag worden gevraagd van volksgenoten. Immers, het land hebben zij van de Heere – hun God –ontvangen. Nu kan het gebeuren dat een broeder zo arm is dat hij in loondienst moet gaan werken. Dan mag dat nooit slavendienst zijn, zoals in Egypte. Nee, zo iemand wordt dan als dagloner in dienst genomen. Dat geldt niet alleen voor de Israëlieten, maar ook voor de vreemdelingen die bij hen wonen. Slavendienst is van toepassing op mensen die afkomstig zijn uit de omliggende heidense volken. Israëlieten behoren de Heere toe, want Hij heeft het volk uit de slavendienst in Egypte verlost.
Wat vindt u van de volgende stelling: in dit hoofdstuk wordt een menselijk kader gelegd onder een economisch systeem en dat ontbreekt er in onze samenleving.