Voer minimaal 2 tekens in.
Ik bezweer u, dochters van Jeruzalem, als bij de gazellen of bij de hinden op het veld, dat u de liefde niet opwekt of aanwakkert, voordat het haar behaagt. (…) De liefdesappels geven hun geur en aan onze deuren hangen allerlei kostelijke vruchten, verse en ook oude. Mijn Liefste, die heb ik voor U bewaard!
Hooglied 2:7 en 7:13
Wachten is wél de moeite waard
Als een refrein in Hooglied, zo klinken de woorden die de bruid richt aan de dochters van Jeruzalem. Echte liefde kan niet opgedrongen worden. Liefde wordt geschonken en liefde ontstaat. Aan het einde van hoofdstuk 7 blijkt dat de bruid zelf weet hoe waardevol het is om te wachten. Liefdesappels en vruchten zijn het beeld van de uitingen van haar liefde die vergeleken wordt met een tuin. Zij heeft zichzelf voor haar Bruidegom bewaard. Uit eigen ervaring spreekt zij de dochters van Jeruzalem aan. Paulus leert het ook: liefde is geduldig, liefde kan wachten. Deze boodschap staat trouwens haaks op onze vluchtige en op consumptie gerichte tijd (ook op seksueel gebied) en is daarom juist nu het uitdragen waard. Zo is liefde in het algemeen en seksualiteit in het bijzonder een vrucht die er mag zijn in het huwelijk waarin je als bruid en bruidegom aan elkaar bent gegeven.
De liefde in Hooglied ‘is beeld van de ongedwongen, overgegeven liefde van de kerk, de bruid van Christus, voor haar hemelsen bruidegom’. (G.Ch. Aalders)