Voer minimaal 2 tekens in.
Och, was U mij als een broer, gezoogd aan de borsten van mijn moeder. Als ik U op straat vond, zou ik U kussen. Ook zouden ze mij niet verachten.
Hooglied 8:1
Het doel van ons verlangen
In een relatie mag ons verlangen zich op de ander richten. De bruid verlangt ernaar dat de Bruidegom voor haar is als een broer. Niet als een man op afstand, maar als iemand uit haar eigen gezin met wie ze onbeschroomd samen kan zijn, thuis en op straat. In Hooglied 4:10 en 12 gebruikt de Bruidegom soortgelijke woorden. Hij is het doel van haar verlangen. Uit dit gedeelte komt een heel directe vraag. Waar is het ons nu eigenlijk om te doen? En dan zowel in onze relaties, alsook in de geloofsrelatie met de HEERE. In een relatie gaat het om de ander/Ander. En wanneer wij alleen geloven zodat wij niet eeuwig verloren zouden gaan, dan kan dat eigenlijk niet. Het moet ons om God Zelf te doen zijn, waarbij we ons vastklampen aan de belofte die de Heere Jezus gegeven heeft, waarbij wij willen zijn waar Hij is.
Vogels zingen nooit uitbundiger dan wanneer de zon hen wekt. Zo wordt de treurende ziel verjongd als een adelaar, wanneer Christus met zijn genade tot haar komt. (Thomas à Kempis)