Hij maakte vervolgens de kandelaar van zuiver goud.
Exodus 37:17
De kandelaar als licht van God
In de tabernakel zit geen enkele opening waardoor licht naar binnen valt. Daarom moet Bezaleël een lamp ontwerpen. Het is een kunstig ontwerp met veel symboliek. De zeven lampen verwijzen naar Gods volmaaktheid. Het enige licht in de tabernakel komt dus van de zevenarmige kandelaar. Bij het licht van deze menora kan de priester het reukoffer brengen. Dat zachte licht is het symbool van Gods aanwezigheid. Deze menora is het oudste symbool voor de Israëlieten en is nog steeds een vast symbool binnen het Jodendom. Jezus heeft van Zichzelf getuigd dat Hij het Licht is wat in de duisternis van deze wereld schijnt. Het is voor ons een ontdekking als de Geest van God laat zien dat we in onszelf enkel duisternis zijn. Dat geeft verootmoediging. We moeten alleen steunen op Gods grote genade. Die genade blinkt ons tegemoet als we tot Jezus Christus komen en ons leven door Hem laten verlichten. Dan willen we ook maar één ding: zelf ook een klein lichtje zijn in deze wereld.
‘Want bij U is de bron van het leven; in Uw licht zien wij het licht.’ (Psalm 36:10, berijmd)