Vervolgens maakte hij het reukofferaltaar van acaciahout.
Exodus 37:25
Het gebed als reukoffer
Om een indruk te krijgen van het werk bij het reukofferaltaar gaan we in gedachten naar de priester Zacharias (Luk. 1). Hij moet dienstdoen bij het reukofferaltaar tijdens het uur van het gebed. De Levieten hebben kooltjes van het brandofferaltaar gehaald en die boven op het reukofferaltaar gelegd. Daar liggen ze roodgloeiend te wachten tot de priester er wierookkorrels op zal gooien. Het enige licht komt van de kandelaar en de rode gloed van de kooltjes. Zacharias strooit eerst de korrels op het altaar. De geur van de wierook verspreidt zich door de ruimte. Dan heft Zacharias zijn hoofd omhoog en steekt zijn beide armen naar omhoog. Zoals de rook opstijgt, zo stijgt ook het gebed van de priester omhoog. Hij bidt ook namens het volk dat buiten wacht. Zo mogen onze gebeden ook omhoogklimmen naar Gods troon. We hebben daarbij niet de wierook nodig, dat was slechts een symbool. We mogen weten dat God de Heilige Geest in ons hart bidt met onuitsprekelijke verzuchtingen. En we hebben ook een Voorbidder in de hemel. De Heere Jezus Christus bidt voor Zijn kinderen.
‘Laat mijn gebed als reukwerk voor Uw aangezicht staan.’ (Ps. 141:2)